Bello's Podcast

Honden kunnen, net als mensen, last hebben van voedselallergieën en -intoleranties. Dit kan leiden tot uiteenlopende klachten zoals maag- en darmproblemen, huidirritaties en gedragsveranderingen. In een nieuwe aflevering van Bello's Podcast spraken we met Evelien Bakker, expert op dit gebied, over hoe je voedselallergieën en -intoleranties bij honden kunt herkennen en wat je eraan kunt doen. Benieuwd naar het volledige gesprek? Luister de aflevering via YouTube of Spotify! 🎧🐶 Wat is het verschil tussen een voedselallergie en een voedselintolerantie? Veel mensen gebruiken de termen door elkaar, maar er is een belangrijk verschil: ✅ Voedselallergie: Het immuunsysteem reageert overdreven op een bepaalde stof in de voeding. Zelfs een kleine hoeveelheid kan al een heftige reactie veroorzaken, zoals jeuk, huidontstekingen, diarree of braken. Dit kan langdurig aanhouden (tot wel zes weken!). ✅ Voedselintolerantie: Dit is een overgevoeligheidsreactie die niet via het immuunsysteem verloopt. Klachten treden pas op na een bepaalde drempel (zoals buikpijn, diarree of winderigheid), maar verdwijnen vaak sneller dan bij een allergie (binnen 1 tot 3 dagen). Hoe herken je een voedselallergie of intolerantie bij je hond? Symptomen van een voedselallergie of -intolerantie kunnen variëren, maar veelvoorkomende klachten zijn: 🔹 Maag- en darmproblemen: braken, diarree, wisselende ontlasting, slechte eetlust of juist extreem veel eten.🔹 Gedragsveranderingen: sommige honden worden erg druk, anderen juist sloom.🔹 Huidproblemen (vooral bij allergieën): jeuk, rode huid, ontstekingen, oorproblemen, hotspots of likken tussen de tenen. Hoe ontstaat een voedselallergie of -intolerantie? Een hond wordt meestal niet geboren met een allergie, maar ontwikkelt deze tussen een leeftijd van 6 maanden en 1,5 jaar. Soms beginnen de symptomen mild en worden ze erger naarmate de hond ouder wordt. Bij een intolerantie kan het immuunsysteem langzaam een bepaalde stof minder goed gaan verdragen. Veelvoorkomende allergenen in hondenvoer zijn: 🚫 Dierlijke eiwitten zoals kip, rund, varken, zalm en lam.🚫 Bepaalde granen of toevoegingen in commerciële brokken. Wat kun je doen bij een vermoeden van voedselallergie of -intolerantie? De beste manier om een allergie of intolerantie vast te stellen, is via een eliminatiedieet: 1️⃣ Kies een hypoallergene eiwitbron die je hond nog nooit heeft gegeten, zoals kameel, hert of kwartel.2️⃣ Geef alleen deze voeding en water – geen snacks of tafelrestjes!3️⃣ Houd het dieet minimaal 8 weken vol (bij een intolerantie zie je vaak al na 3 weken verbetering).4️⃣ Bouw langzaam uit: voeg één voor één nieuwe ingrediënten toe en kijk hoe je hond reageert. ⚠️ Belangrijk: Als je hond per ongeluk iets anders eet (zoals een kruimel brood op straat), moet je het eliminatiedieet opnieuw starten. Dit kan frustrerend zijn, maar is essentieel om de boosdoener te vinden. Kunnen voedselallergieën genezen? Sommige honden groeien over hun intolerantie heen, maar bij anderen kunnen de klachten juist verergeren naarmate ze ouder worden. Het is daarom belangrijk om goed op de voeding te letten en triggers te vermijden. Gelukkig zijn er steeds meer alternatieven op de markt! Laatste tips voor hondenbaasjes 🐾 Een gezonde hond moet altijd met plezier eten. Is je hond kieskeurig of laat hij vaak eten staan? Dan kan dit wijzen op maag- of darmproblemen.🐾 Voorkom klachten door kwalitatieve voeding en snacks te geven en verdachte eiwitten te vermijden.🐾 Heb je een vermoeden van allergieën? Probeer een eliminatiedieet en wees streng in de testfase. Wil je meer weten over dit onderwerp? Luister dan naar onze volledige podcastaflevering op YouTube en Spotify! 🎧🐶   Bekijk de video: Luister de audio:  

Naarmate honden ouder worden, krijgen ze vaker te maken met gebitsproblemen. Dat is logisch, want hoe langer ze leven, hoe langer bacteriën, tandplak en slijtage vrij spel krijgen. In deze aflevering van de Bello's Podcast spreekt Jeffrey met tandheelkundig dierenarts Evelien Groeneveld, ook bekend als Dokter Eef, over het belang van preventieve en curatieve gebitsverzorging bij seniorenhonden. Waarom heeft een oudere hond vaker gebitsproblemen? Honden doen lang met hun gebit, en net zoals bij mensen zie je op oudere leeftijd vaker: Slijtage van elementen Tandvleesontsteking (gingivitis) Ontstekingen van het kaakbot (parodontitis) Tandfracturen Tandsteenopbouw Tumoren in de bek (zelden, maar vaker dan bij jonge honden) Het is vaak een kwestie van tijd: hoe langer tandplak blijft zitten, hoe groter het risico op complicaties. Hoe herken je gebitsproblemen bij je senior hond? Gebitsproblemen worden vaak pas laat herkend. Honden blijven meestal gewoon eten, ook met kiespijn. Let daarom op deze signalen: Slechte adem (stinken uit de bek) Verlies van interesse in harde snacks of kluiven Minder actief of "ouder" gedrag Slechts aan één kant kauwen (asymmetrische tandsteenopbouw) Speekselen, zwelling, of tekenen van ongemak rond de mond Een hond met kiespijn hoeft niet te piepen: pijn wordt vaak uitgedrukt in gedragsveranderingen. Wat kun je doen om gebitsproblemen te voorkomen? De sleutel ligt in preventie: Dagelijks tandenpoetsen – idealiter met een zachte borstel en hondvriendelijke tandpasta. Gebruik van dental brokken – deze zorgen voor extra wrijving. Kauwsnacks – mits niet te hard; deze helpen tandplak mechanisch te verwijderen. Jaarlijkse gebitscontrole bij de dierenarts – zeker bij senioren essentieel. Geen te harde snacks zoals dragende botten, hoeven, hoorns hertengewei, yakstaven of tennisballen. Let op: kleine hondenrassen hebben vaak meer aanleg voor gebitsproblemen door dichter op elkaar geplaatste tanden. Hoe ziet een gebitsbehandeling eruit? Een volledige gebitsbehandeling gebeurt onder narcose, en bestaat uit: Het maken van röntgenfoto’s om ontstekingen en wortelproblemen te detecteren Verwijderen van tandsteen en tandplak Eventueel trekken van zieke of loszittende elementen Veel baasjes aarzelen vanwege de narcose bij oudere honden, maar Evelien benadrukt: “Wachten maakt de hond alleen ouder én het probleem groter.” Met een goede narcosebegeleiding, bloedonderzoek vooraf en goede nazorg, is het verantwoord en vaak noodzakelijk. Speelt voeding een rol? Voeding is een aanvullend hulpmiddel, zeker als poetsen lastig is. Er zijn speciale dental brokken die helpen bij het verminderen van tandplak. Maar voeding alleen is zelden voldoende; het is vooral nuttig als ondersteuning van poetsen en kauwen. Conclusie: Een gezond gebit is essentieel voor een gezonde oudere hond. Gebitsproblemen kunnen ongemerkt voor veel pijn én zelfs voor schade aan hart, lever en nieren zorgen. Begin zo vroeg mogelijk met goede mondzorg, maar onthoud ook: het is nooit te laat om te starten met poetsen of een gebitscontrole. Twijfel je of je senioren hond gebitsproblemen heeft? Let op subtiele signalen en overleg tijdig met je dierenarts. Luister naar deze podcast op spotify

In deze aflevering van Bello's Podcast duikt Jeffrey samen met tandheelkundig dierenarts Evelien Groeneveld (Dokter Eef) in de fascinerende wereld van het puppygebit. Van doorkomende melktandjes tot het belang van tijdig poetsen – dit is dé gids voor iedere puppybaas. Wat is het verschil tussen het puppygebit en het volwassen gebit? Een pup wordt geboren zonder zichtbare tandjes, maar met 28 melkelementen in ontwikkeling. Deze beginnen door te breken rond de 3 à 4 weken: Hoektanden verschijnen als eerste Snijtanden volgen kort daarna Melkkiezen komen tussen 4 en 12 weken Een volwassen hond heeft uiteindelijk 42 tanden – 14 meer dan een pup – die rond de 7 maanden volledig aanwezig moeten zijn. Het wisselproces: wanneer verliest een pup zijn tanden? Het wisselen begint vanaf 3 maanden leeftijd: Eerst vallen de snijtanden uit (3-4 maanden) Dan volgen de melkkiezen (4-6 maanden) Tot slot komen de nieuwe kiezen en volwassen hoektanden (5-7 maanden) Let op: kleine hondenrassen kunnen iets later wisselen. Herken je dat je pup aan het wisselen is? Sommige tekenen dat je pup tandjes wisselt: Meer bijt- en kauwgedrag (op meubels, handen, speeltjes) Slechte adem door lichte ontstekingsreactie Bloedsporen op speeltjes of in de bek Let op: probeer zelf geen losse tanden te trekken – dit kan leiden tot afgebroken wortels en infecties. Wat kun je doen om je pup te helpen? Hoewel wisselen natuurlijk verloopt, kun je het comfort van je pup wél verbeteren: Geef zachte kauwsnacks en speeltjes die meeveren (bijv. zachte rubber, knuffels) Vermijd harde snacks zoals botten, hertengeweien en harde rubberen ballen Vermijd trekspelletjes tijdens de wisselfase Voorkom schade aan de tandjes door geen speeltjes met flosdraad of scherpe randjes te gebruiken Wanneer moet je alert zijn? Een aantal puppygebitsproblemen om serieus te nemen: Dubbele tanden (melktand blijft zitten naast blijvende tand) Afgebroken melktanden – altijd spoed! Overbeet of te smalle onderkaak waarbij hoektanden in de bovenkaak prikken Ontbrekende tanden – dit kan wijzen op een verborgen tand in de kaak Laat bij twijfel een dierenarts een röntgenfoto maken. Jong geleerd is oud gedaan: starten met poetsen Volgens Evelien is tandenpoetsen de heilige graal van gebitsverzorging. Hoe eerder je pup eraan gewend raakt, hoe makkelijker het op latere leeftijd wordt. Begin bijvoorbeeld met: Wrijven over de lippen en snuit Later met een natte vinger langs de tanden gaan Geleidelijke introductie van een zachte tandenborstel In een volgende aflevering hoor je stap-voor-stap hoe je tandenpoetsen aanleert – zowel bij pup als volwassen hond. Conclusie: een gezond puppygebit begint bij aandacht Het melkgebit van een puppy is kwetsbaar en gevoelig voor breuk, ontstekingen of verkeerde stand. Juist in de puppyfase leg je de basis voor een gezond volwassen gebit. Denk aan: Zachte speeltjes Regelmatige gebitscontroles Geen harde snacks Tijdige actie bij afwijkingen En natuurlijk: tandenpoetsen aanleren vanaf jonge leeftijd Laat je pup met een glimlach opgroeien – én met een gezond gebit. Luister deze aflevering op spotify